De opleiding bestaat vooral uit praktijkvaardigheden. Het theoriegedeelte is daarbij in de praktijk verweven. De lessen worden gegeven door ervaren praktijkmensen. In circa 6 maanden wordt je klaargestoomd om een certificaat te halen.
Tijdens de opleiding leer je alles wat je moet kennen en kunnen om een stukadoor te worden. Dat gebeurt in de praktijk. Je leert onder andere hoe je stukadoorswerk en ondergronden voorbereidt, raap- en afwerklagen aanbrengt, opruimwerkzaamheden uitvoert en werk oplevert. Daarnaast maak je kennis met waterpas smeren, het stellen van hoekprofielen en stucstops, het afwerken van wanden en plafonds, het aanbrengen van stukplaten tegen plafonds en het afwerken van sierpleisters.
Bovendien doe je kennis op van materiaal, gereedschap en machines. Er wordt praktijkgericht geleerd in een bedrijfsgebouw dat ingericht is met zogeheten stucboxen. Het leren gebeurt vooral door het uitvoeren van individuele en gezamenlijke praktijkopdrachten. De omgeving is beschermd. Tijdens de opleiding wordt ook veel aandacht besteed aan omgangsvormen en werkmoraal.
Met je branchegetuigschrift op zak kun je aan de slag bij een aannemer of bij een klein of (middel)groot bouwbedrijf of stukadoorsbedrijf.